NBV
Maar Hij heeft tegen mij gezegd: Mijn genade is voor u genoeg, want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht. Daarom zal ik veel liever roemen in mijn zwakheden, opdat de kracht van Christus in mij komt wonen.
HSV
2 Korinthe 12:9
Voor de komende week een hele bekende Bijbeltekst, tenminste, ik denk dat het voor de meesten toch wel een heel bekende Bijbeltekst is en ik kan me ook zo voorstellen dat menigeen hem ook zichzelf al eens (of misschien wel meer dan eens) heeft voorgehouden om zichzelf ermee te bemoedigen of aan te sporen.
‘Mijn genade is voor jou genoeg, want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht’; ‘Je hebt niet meer dan Mijn genade nodig, want kracht wordt zichtbaat in zwakheid.’
Terwijl ik over deze woorden nadacht, kwam het lied ‘U bent mijn schuilplaats, Heer’ in mijn gedachten.
U bent mijn schuilplaats Heer,
U vult mijn hart steeds weer
met een verlossingslied.
Telkens als ik angstig ben,
steun ik op U.
Ik vertrouw op U.
Als ik zwak ben, ben ik sterk
in de kracht van mijn Heer.
(Opwekking 176)
Het is één van mijn lievelingsliederen.
Ik heb dit lied heel wat keren gezongen en mezelf voorgehouden in de jaren die achter me liggen en als we het ’s zondags in de gemeente zongen, dan liepen de tranen me over de wangen, zo’n realiteit was dit lied voor mij.
Wat had*, en heb ik het nodig dat Hij mijn hart zou vullen met een lied van verlossing, van hoop, van bemoediging, van vertrouwen dat Hij alles in Zijn hand heeft, dat Hij erbij is en er niets buiten Hem om gebeurt.
Wat had, en heb ik het nodig om mezelf voor te houden dat Ik op Hem moest steunen als ik bang was, want de omstandigheden verblindden soms zo mijn zicht op Hem, op Zijn Grootheid en Almacht.
Wat was, en is het belangrijk om mijzelf voor te houden en uit te spreken, te zingen: Ik vertrouw op U, zodat alle andere stemmen in mij het zwijgen opgelegd werden en mijn blik alleen nog maar omhoog gericht was op Hem.
Wat was, en is het belangrijk om mezelf Zijn woord voor te houden en eigen te maken, dat als ik zwak ben Zijn kracht in mij zichtbaar wordt; niet meer ik, maar Hij!
Nog ligt het in mijn herinnering hoe de tranen over mijn wangen liepen terwijl ik de woorden zong: ‘Als ik zwak ben, ben ik sterk in de kracht van mijn Heer…’
Oh, en ik voelde me zo vaak alles behalve sterk, maar Zijn woord zei het (en zegt het) en dat wilde ik me toe-eigenen en ik het uit gaan spreken.
Ik ben vanuit de Psalmen teksten op gaan schrijven en heb ze tot gebeden samengevoegd en dan slingerde ik het gebed als het ware de ruimte (in dit geval de hemelse gewesten) in zoals David de stenen met een slinger, om de boze het zwijgen op te leggen.
Als ik zwak ben, ben ik sterk in de kracht van de Heer …
‘Mijn genade is voor jou genoeg, want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht.’
Zijn genade, genoeg.
Zijn kracht, zichtbaar, volbracht.
Na de moeilijke jaren met twee jongens die depressief waren na jarenlang pesten, was er van mijn persoontje niet veel meer over dan een bang vogeltje.
Het vele thuiszitten had mijn, toch al niet zo’n grote, zelfvertrouwen nog meer beschadigd en mensenvrees stak de kop op.
Wie was ik nu eigenlijk nog?
Een falende moeder, die niet meer wist wat er eigenlijk in de wereld gaande was, die haar leven leefde in alles gericht op haar kinderen om ze te helpen te overleven.
Ik had het gevoel alsof ik een paar jaar buiten de wereld had gestaan en geleefd.
In die periode was men in onze gemeente ook bezig met de gaventest.
Iedereen kon zo’n test invullen, zo kon je zien waar je gaven en talenten lagen.
Maar ach, wat kon ik nu nog invullen; alles was voor mijn gevoel en in mijn beleving verleden tijd.
Dat kon ik, zo was ik, maar nu?
Heel wat tranen heb ik toen opnieuw vergoten en ik voelde me meer dan ooit een grote mislukkeling.
Zie je wel, ik ben niets meer…
Wat had God nu nog aan mij?
Maar als God ergens aan begint, dan maakt Hij het ook af!
Ik was Zijn kind en het goede werk dat Hij in mij was begonnen, al zo vele jaren terug, zal Hij afmaken!
En alle dingen die in ons leven gebeuren, kan Hij gebruiken om ons te vormen en te kneden, zo ook de zware gedeelten in ons leven; misschien wel juist de zware perioden.
Zo heeft Hij alles wat er is gebeurd, toen, maar ook nog de dingen in de jaren daarna, gebruik om mij hier te brengen waar ik nu ben.
Ik was zwak en klein, ontmoedigd door alles wat er was gebeurd en wat mensen erover gezegd hadden, ontmoedigd doordat het bij anderen allemaal beter ging en zij niet zoveel problemen hadden als ik, als wij.
Het liefst had ik mezelf verstopt en was nooit meer te voorschijn gekomen, zo klein, onzeker en mislukt voelde ik mij
Maar God had duidelijk andere plannen.
Hij hield teveel van mij om mij te laten zoals ik was en Hij reikte mij mogelijkheden aan waarmee ik aan de slag kon gaan en leidde mij van het één naar het ander.
(en nog steeds, want Hij gaat door)
En het was in dit proces dat ik ging ervaren en zien, dat als ben ik zwak, als Ik het overgeeft aan God, Hij het uitwerkt en gaat doen.
Het was in dit proces dat ik ben gaan zien hoe Zijn kracht zichtbaar wordt in mijn zwakheid en dat ik daardoor tot dingen in staat ben die ik anders nooit had gedaan of kunnen doen.
Het is door dit proces dat ik meer en meer van Hem ben gaan zien wie Hij is en wie Hij wil zijn als ik Hem daarvoor de kans geef.
Mijn geloof en vertrouwen in Hem zijn gegroeid.
Waardoor?
Simpelweg door naar Hem toe te gaan en Hem te bekennen, ‘Heer, ik kan het niet; hier ben ik, doe U het maar.’
Mijn belofte aan Hem ‘Heer, ik zal doen wat U op mijn pad brengt’ heeft ertoe geleid dat Hij Zijn kracht kon openbaren in mij.
We hoeven geen grote en sterke mannen en vrouwen te zijn, misschien wel juist niet.
Onze zienswijze op sterk en krachtig is anders dan die van God.
Als alles voor de wind gaat en alles wat we aanraken bij wijze van spreken in goud verandert, dan moeten we er voor waken niet in eigen kracht dingen te gaan doen.
Dan moeten we er voor waken om niet hoogmoedig te worden, zo van, dat heb ik toch weer eens mooi en goed gedaan.
En dan komen we weer bij Paulus aan, bij het waarom dit woord aan Hem werd gegeven.
Paulus had heel bijzondere dingen gezien, dingen waarmee hij alle aandacht naar zichzelf zou toe kunnen trekken en waardoor mensen naar hem op zouden kunnen gaan kijken.
Om te verhinderen dat dat zou gebeuren werd hem ‘een doorn in het vlees gegeven: een engel die hem met vuisten sloeg’.
Wat dit precies was, staat nergens beschreven, het doet er blijkbaar niet toe.
Driemaal bad Paulus dat het van hem weggenomen zou worden, maar Gods antwoord was: ‘Mijn genade is jou genoeg, want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht.’
Wat de doorn ook was, het was duidelijk wel iets wat hem hinderde in zijn bediening, iets waar hij echt last van had, iedere dag.
Maar dit zorgde er tegelijkertijd voor, dat hij zich heel erg bewust was van hoezeer hij God nodig had om te kunnen doen waartoe hij geroepen was.
‘Daarom zal ik veel liever roemen in mijn zwakheden, opdat de kracht van Christus in mij komt wonen.
Daarom heb ik een behagen in zwakheden: in smadelijke behandelingen, in noden, in vervolgingen, in benauwdheden, om Christus' wil.
Want wanneer ik zwak ben, dan ben ik machtig.’ (vers 9b en 10)
Paulus verlangde er naar dat de kracht van Christus in hem zou wonen en daarom kon hij zeggen dat hij vreugde vond in alle smadelijke behandelingen, vervolgingen, noden en ontberingen.
Want juist op de momenten dat hij zo zwak was, ervoer hij de kracht van Christus in hem.
Hij besefte dat als hij zwak was, tegelijkertijd machtig was doordat Christus’ kracht in hem openbaar werd.
Niet hij, maar Christus was dan aan het werk.
En dat geldt ook voor ons.
We hoeven dus niet bang te zijn als er van alles en nog wat in ons leven gebeurt.
We hoeven niet bang te zijn dat we het niet aankunnen of dat we niet verder kunnen.
We hoeven niet bang te zijn als we dingen moeten doen waarvan we denken dat we ze helemaal niet kunnen of aankunnen.
Als wij zwak zijn, en we gaan daarmee naar God de Vader, dan zal Christus’ kracht in ons zichtbaar worden.
Hoe meer wij van ons leven overgeven aan God, hoe meer Christus’ kracht in ons zal wonen en zichtbaar zal worden.
Hoe meer wij ontdekken en erkennen dat wij zwak zijn en het van Hem gaan verwachten, hoe meer wij Hem aan het werk gaan zien.
En hoe meer wij Hem aan het werk gaan zien, hoe meer wij van Hem gaan getuigen.
Hoe meer wij van Hem gaan getuigen hoe meer er zichtbaar wordt van Hem.
Hoe meer er zichtbaar wordt van Hem, hoe minder zichtbaar wordt van onszelf.
En hoe minder er zichtbaar wordt van onszelf, hoe meer er weer zichtbaar wordt van Hem.
Hoe meer er weer zichtbaar wordt van Hem, hoe meer blijkt dat wij op Hem zijn gaan lijken.
Willen we meer op Hem gaan lijken?
Laten we dan blij zijn met onze zwakheden, want dan kan Hij Zijn kracht in ons openbaren en zal de wereld Hem zien.
Lieve Vader in de hemel.
Meer van U zien, meer op U gaan lijken is waar ik naar verlang, maar soms vind ik het heel moeilijk dat dat juist vaak alleen maar mogelijk lijkt te zijn door allerlei moeilijkheden en noden heen.
Als ik bid of zing: ‘Laat Uw glorie zien’ dan zou ik dat het liefst zien zonder allerlei moeiten, pijn en verdriet en zorgen waarin U toont wie U bent.
Maar ik weet, Vader, dat de kans dan heel groot is het verkeerd uitpakt, want ik zou rond gaan vertellen welk een ervaring ik heb gehad en hoe U mij uitgekozen had om Uzelf te laten zien enz. enz.
Tenminste, dat kan ik me hierbij zo voorstellen, Vader.
Maar na alles waar ik, wij als gezin, doorheen zijn gegaan, Vader, wil ik U ervoor danken dat U Zichzelf zo hebt laten zien aan mij, aan ons.
Ik zou er zelf nooit voor hebben gekozen, Vader, maar nu, achteraf, kan ik wel zeggen dat ik het niet had willen missen en dat ik er op een bepaalde manier eigenlijk blij en dankbaar om ben.
Want ik heb U gezien in dit alles, keer op keer.
Ik heb Uw kracht in mijn zwakheid ervaren.
En daarmee is ook het verlangen gekomen om te getuigen van Uw liefde en grootheid.
Om anderen te bemoedigen en te vertellen van Uw daden.
Ik weet, Uw kracht woont in mij!
Uw kracht, die juist zichtbaar wordt als ik zwak ben.
O vader, ik dank U voor alle moeilijkheden die er geweest zijn en die er nog steeds zijn of misschien nog komen.
Ik dank U ervoor, want ik weet dat U alles kunt gebruiken om mij meer te vormen en te kneden naar Uw beeld en gelijkenis.
Ik weet dat het mij heel dicht bij U houdt omdat ik het alleen niet kan en dat ik daardoor meer van Uw kracht, macht en liefde zien kan.
Ik dank U, en prijs Uw Heilige Naam voor wie U bent.
Ik dank U, voor Uw liefde voor mij, voor mijn gezin.
U bent een groot God en mijn liefdevolle Vader!
Ik bid U voor hen die het nu moeilijk hebben; wiens leven op dit moment in puin ligt door welke reden dan ook.
Ik bid voor hen, dat zij in hun zwakheid zich naar U zullen uitstrekken zodat Uw kracht ook in hen zal wonen en zichtbaar zal worden.
Dat zij niet bang zullen zijn voor hun zwakheid, maar juist dankbaar en blij omdat nu Uw kracht, Heer Jezus, hen sterk zal maken.
En Uw kracht is een onoverwinnelijke kracht!
Met en door U kunnen wij alles aan!
Als wij zwak zijn, juist dan zijn wij sterk door U!
O Vader, ontferm U zo over een ieder van ons en maak ons, net als Paulus, tot trouwe en krachtige diensknechten van U.
Zodat wij net als Paulus zullen roemen in onze zwakheden, opdat de kracht van Christus in ons komt wonen.
In Jezus’ Naam.
- Amen -
Ik werd uitgelachen
en tegengewerkt om mijn geloof in Hem.
Ik bad en smeekte
of Hij het weg wilde nemen.
Maar Hij antwoordde
toen ik het Hem vroeg:
‘Mijn genade is jou genoeg.
Want Mijn kracht
wordt in jouw zwakheid
volbracht!’
Ik had pijn,
werd belemmerd in mijn doen en laten.
Ik bad en smeekte
of Hij het weg wilde nemen.
Maar Hij antwoordde
toen ik het Hem vroeg:
Mijn genade is jou genoeg.
Want Mijn kracht
wordt in jouw zwakheid
volbracht!’
Ik tobde en worstelde
met vele zorgen en moeilijkheden.
Ik bad en smeekte
of Hij het weg wilde nemen.
Maar Hij antwoordde
toen ik het Hem vroeg:
‘Mijn genade is jou genoeg.
Want Mijn kracht
wordt in jouw zwakheid
volbracht!’
Mijn genade is jou genoeg!
Ik kreeg misschien niet dat
waar ik precies om vroeg.
Maar ik leerde:
in mijn zwakheid ben ik sterk
door de kracht van Christus
die in mij werkt.
Gods zegen,
en een liefdevolle groet,
Rita
* Ik spreek hier in de verleden tijd omdat het hier een situatie uit het verleden betreft, maar dat wil niet zeggen dat alles wat ik hier in de verleden tijd schrijf niet meer nodig zou hebben; wat voor toen gold, geldt nog steeds.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten