zondag 4 maart 2012

Week 10 - Geestelijke dorst

…, maar wie het water drinkt dat Ik hem geef, zal nooit meer dorst hebben.
Want het water dat Ik hem geef, zal een bron in hem worden waaruit water opborrelt dat eeuwig leven geeft.
GNB…, maar wie drinkt van het water dat Ik hem zal geven, zal in eeuwigheid geen dorst meer krijgen. Maar het water dat Ik hem zal geven, zal in hem een bron worden van water dat opwelt tot in het eeuwige leven.
HSV

Johannes 4:14

Onvervuld verlangen,
hongerend en dorstend.
Leeg en hunkerend,
zoekend en tastend.

Een bron, een fontein;
Levend water.
Een uitgestoken hand:
‘Kom, drink, Ik wacht.’

Vervuld verlangen;
altijd stromend.
Verzadigend, overstromend,
tot in het eeuwig leven.

Een prachtig beeld geeft de Here Jezus hier als het gaat om het drinken van water waarvan je nimmermeer dorst krijgt.
De Samaritaanse vrouw in dit verhaal kwam naar de bron van Jacob om water te halen en ze ontmoet daar Iemand, die haar zegt, dat als zij zou drinken van het water dat Hij haar geeft, ze nooit meer dorst zal hebben.
Dat zou toch even geweldig zijn; dan hoef je nooit meer naar die bron te lopen om water te putten.
Ze heeft daar dus zeker oren naar.

Maar de Here Jezus spreekt hier niet over lichamelijke dorst.
De Here Jezus spreekt hierover geestelijke dorst, die ieder mens heeft, totdat hij/zij drink van het water dat Hij geeft.

Ieder mens heeft een onvervuld verlangen, een onverzadigbaar verlangen in zich naar ‘iets’ en dat ‘iets’ is God.
Velen zullen het hier niet mee eens zijn, maar een ieder die niet geloofde en tot geloof is gekomen, zal zeggen dat er een leegte in hem of haar is opgevuld, die door niets anders kon worden opgevuld.
Zo vele mensen zijn zoekende naar ‘iets’ en vinden pas rust als zij Hem hebben leren kennen.

Het is zoals ons lichaam.
Je kunt het voeden met brood en water, maar steeds opnieuw komt er weer een moment dat je het opnieuw moet voeden.
Het geeft steeds maar weer een tijdelijke verzadiging.
Steeds opnieuw krijg je honger en dorst.
Matthew Henry vergelijkt ons lichaam met een vuur of een lamp; ze gaan uit als ze niet iedere keer opnieuw worden voorzien van brandstof of olie.

En dan komt de Here Jezus: ‘… maar wie drinkt van het water dat Ik hem zal geven, zal in eeuwigheid geen dorst meer krijgen.’
Want, en Hij gaat verder: ‘Maar het water dat Ik hem zal geven, zal in hem een bron worden van water dat opwelt tot in het eeuwige leven.

Het water dat de Here Jezus ons geeft (geven wilt), is Levend water.
Het is water dat een blijvende verzadiging geeft, want dat water wordt een bron, of zoals andere vertalingen ook wel zeggen, een fontein, waaruit het water opborrelt, opspringt.
En als er in ons een bron is, dan is daar een continue stroom van water waar we van kunnen drinken.

In de Matthew Henri’s verklaring staat het zo heel mooi beschreven:

“Hij, die in zichzelf een fontein (een bron) van voeding en verzadiging bezit, kan nooit in uiterste nood geraken.
Deze staat altijd ter beschikking, want zij zal in hem/haar zijn.

- Gelovigen hebben in zich een fontein, een bron van water, overvloeiend, altijd overstromend.” –

Die bron, die fontein, is in ons!
Whauw!

Het water is de Heilige Geest, Die ons door de Here Jezus is beloofd (en ook gegeven) voor Hij terugging naar Zijn Vader.
De Heilige Geest is de bron waaruit we mogen drinken, iedere dag opnieuw.
Niet met kleine slokjes, als een lekker kopje thee, maar met de bedoeling, dat wij het opslorpen, als hadden we een nimmer te stillen dorst. (zoals Beth Moore zo mooi zegt)

En als wij het zo iedere dag opnieuw zouden drinken, gulzig, met een verlangen naar meer en meer, dan kan het niet uitblijven, of er zullen ook stromen van Levend water uit ons binnenste vloeien.
Dan kunnen ook anderen drinken van dat Levende water en zelf weer een bron, een fontein worden.

Als ons leven gekenmerkt wordt door grote strijd en moeilijkheden, wees dan niet verdrietig en laat het je niet ontmoedigen, maar laat het een aansporing zijn of worden om met grote teugen te drinken uit die Bron van Leven water en je zult verzadigd en gezegend worden.




Lieve Vader in de hemel, mijn hart is zo verheugd door al deze dingen waar ik mee bezig ben geweest.
Vergeef mij, dat ik vaak zo weinig besef heb van die Bron, die Fontein van Levend water die in mij is.
We kunnen iets weten, Vader, maar welk een verschil is er tussen iets weten en er vanuit leven.
Leer mij, Vader, om te leven vanuit Die Bron van Levend water, zodat er ook stromen van dat Levende water uit mijn binnenste zullen vloeien.
Maak mij dagelijks bewust van de aanwezigheid van deze Bron.
Ja, Heer, ik lees Uw woord iedere dag en ik bid; ik vraag om Uw Geest van wijsheid zoals Uw woord zegt dat ik mag doen, maar geef mij een bewustwording, dat Uw Heilige Geest in mij, een bron, een fontein is.
Een bron waaruit het water opborrelt, een fontein die opspringt en waarvan het water om zich heen verspreid wordt.
Die Bron, die fontein is in mij!
O Vader, dank u wel, dank U wel.
Welk een vreugde heeft bezit genomen van mijn hart als zo deze, Uw woorden, ten volle neerdalen in mijn hart.
Ik prijs Uw naam, ik prijs Uw naam.
Halleluja.

- Amen -




Zie de bewogen,
uitgestoken,
doorboorde hand
van Hem,
die jou
levend water
wil geven.

Zie hoe Hij
verlangt,
hoe Hij hunkert
dat jij komt drinken
en het water
in jou
een bron wordt
van leven.

Zie,
kom,
drink;
en stromen
van dat water
mag jij
door gaan
geven.

©Rita Klapwijk

Geen opmerkingen:

Een reactie posten